zondag 21 september 2014

DE EERSTE KEER ALS CONSUMENT



"Het plakband was niet op..." constateert mijn schoonvader droog als ik de heftig dichtgeteepte doos openmaak met mijn nieuwe cd. Ik had 'm bij hen laten bezorgen, want met twee adressen ben je minder bereikbaar. Ik geef hem een exemplaar en bekijk er zelf een.
Eindeloos gecorrigeerd op tikfouten, maar toch.
Altijd de angst dat je ineens Kamppuur ziet staan, of Jan Bot.
Nee niks. Artwork klopt, ook de foto op het label ziet er goed uit.
Ik neem afscheid, stap in de auto, schuif het schijfje in de lade en geef gas.
Mondharmonica,  gitaar en contrabas introduceren Blowin' in the wind, pardon, Hangen in de wind. Jaren aan gesleuteld, vele varianten gekend, maar hangen dekt qua klank en lading het best.
Nummer twee is Donna Donna, die was er zo. Oorspronkelijk een Jiddisch lied uit 1941 over een kalf op weg naar de slachtbank, metafoor voor het joodse volk, nooit geweten dat het daar over ging.
Ik schrik haast van mijn eigen tweede stem. Ja, natuurlijk heb ik die track eindeloos gehoord, in diverse stadia, van basis tot eindmix, maar nu hoor ik hem voor het eerst als consument.
Want ik kan en hoef er niets meer aan doen, dit is de cd, zo blijft ie. De nummers trekken langs. Het blijft een voorrecht om je eigen stem en woorden gedragen te weten door de rijkste melodieën ter wereld, van eeuwenoud tot jaren tachtig. Ik ga er zo in op dat ik Antwerpen gewoon voorbij rij, en ineens borden Kalmthout en Sint Job in 't Goor zie staan. Twintig minuten om, geen straf, nu kan ik 'm tenminste helemaal uitluisteren.

De eerste keer als consument. Het is mijn 19e album onder eigen naam - met Streetbeats, An & Jan, Nachtlied en Palingvissers nummer 29 - maar het went nooit. Ik vind het een van de hoogtepunten van het jaar.
Natuurlijk zijn er altijd dingetjes die je anders had willen doen, iets wat je de de rest van je leven jammer blijft vinden. Ooit bij een album had ik de eindmaster niet gecheckt, en bleken alle nummers aan elkaar geplakt. Nooit klachten over gehad, maar zelf verlang ik daar nog altijd naar 1 of 2 seconden tussenrust. Meestal gaat het maar om een zanghaaltje naar boven wat naar beneden had moeten zijn. Blijf ik toch altijd horen.
Zo is op Kampvuur een noot vreemder uit de autotune gekomen, dan ik 'm zong. Hoort niemand behalve ik. En ergens zit een lasje, door een tekstverbetering uit twee samengestelde woorden. De tekstdichter won het van de muzikant, ik liet het zo. Leuker zijn de dingetjes waar je je elke keer weer op verheugt. Een gitaarloopje, een hikje. In Tering (Fire) rinkelt perfect getimed een mobiele telefoon, daar was ik al meteen aan gehecht.

Ik wist in de studio niet helemaal hoe het zou uitpakken, deze plaat. Wist alleen zeker dat ik 'm wou maken. Veel is nieuw, maar er waren een aantal liedjes uit het archief die absoluut vastgelegd moesten worden, zoals Wie zijn kind vertelt (Teach your children well) en Huis van de Morgenzon (House of the rising sun). En Rolls-Royce natuurlijk, Fast Car van Tracy Chapman, live een van de hoogtepunten uit de Nummerrr 1-show die niet op de cd stond.
Sfeer en geluid stond ook vast - sobere begeleiding, maar trefzeker gespeeld door Jan en Marjolein, veel betere muzikanten dan ik.
Met zingen had ik mezelf de opdracht gegeven er niet teveel als uitvoerder tussen te staan, maar vooral zuiver door te geven wat de tekst vertelde. Zoals je als uitvoerder je publiek moet laten huilen en niet jezelf, ook al is het echte ontroering. Beste voorbeeld is Mull of Kintyre, naar de baai in Schotland waar Paul McCartney een landgoed had. Nu verplaatst naar het Strand van De Haan, de mooiste badplaats aan de Vlaamse Kust. Ik ben er nooit geweest, heb alle kennis in de tekst van Wikipedia, maar als ik het zing is er geen plek dierbaarder (en vast veel mooier dan de werkelijkheid. We gaan er binnenkort een Rotclipje filmen.)

Vannacht reed ik terug uit Hilversum van een item bij Oog op Morgen. Op de heenreis had ik anderhalf uur de nieuwe van Leonard Cohen gedraaid, aan wiens 80e verjaardag de uitzending refereerde, maar terug mocht mijn Kampvuur weer op. En wist ik het zeker: ja, hij is goed gelukt.
Ook de opbouw is fijn. Twintig liedjes is veel, dus zitten er een of twee natuurlijke momenten in om 'm stop te zetten, maar als je wel doorgaat sla je een nieuwe weg in.
Mijn favoriet?
De meeste muzikanten zetten hun lieveling als nummer twee op een plaat is mij opgevallen, maar artiesten boven de vijftig geven steeds meer gewicht aan de afsluiter. (Let op De Belofte van de cd "Nieuwe Ruimte" van Rob de Nijs, mijn tekst met muziek van Boudewijn de Groot. Begin oktober uit.)
Op Kampvuur is de afsluiter Tot de Sirene van Tim Buckley. Ik zag 'm als tiener juli 1974 als verrassingsact bij een popfestival op Sportpark Hilversum, en weet nog hoe verloren dat eenzame mannetje op dat podium voor dat volle veld stond te zingen, en iedereen er gewoon doorheen lulde, in afwachting van The Doobie Brothers. Een jaar later was ie dood. Overdosis. Twee decennia later werd Tim postuum beroemd als de vader van Jeff Buckley, hoewel ze elkaar maar een keer hebben ontmoet, toen Jeff 8 was.
Ik leerde Song to the Siren opnieuw kennen in 1984,  als hit voor This Mortal Coil. Ik had al een tijd een project gezocht waar ie in paste, ja, heb bijna deze hele plaat opgezet om dit lied te mogen doen. De werktitel was eerst Stem des Folks en later Goed Folk, maar folk is een besmette term. Pas toen ik het uitnodigende Kampvuur bedacht, kon het doorgaan.
En nu hoor ik mezelf zingen: "Hoor mijn zang: kom naar mij, kom naar mij, laat mij je warmen. Kies voor mij, kies voor mij, ik spreid mijn armen... " En nu kan eindelijk Buckley van de Bucketlist.
Missie geslaagd.

Album komt 3 oktober uit, staat binnenkort op itunes en is nu al in de voorverkoop op de site voor een tientje. (Daan had 'm vanmiddag ook bij zich op het #Snorfestival.)
Hieronder nog eens de YouTube-prominentenpromo.
Dank voor het lezen!
(Ha, bij teruglezing een dag later lijkt het een beetje zelfingenomen allemaal, maar dat is geen eigendunk maar gewoon de vader die trots is op z'n kindje!)



Hier nog even de promo

Geen opmerkingen:

Een reactie posten